Er zijn verschillende woonstijlen. Hieronder zijn deze woonstijlen beschreven. Ook hebben we ook verschillende themaboeken toegevoegd die met een bepaalde stijl te combineren is.
Woonstijl: Basic
Fris, licht, leefbaar en no-nonsense: de basis van een lekker huis. De sfeer is tijdloos en persoonlijk.
Kenmerken:
Kleuren:
Naturel, grijs- en wittinten met zwarte accenten.
Vormen:
Rechte lijnen.
Materialen:
Hout, beton, linnen.
Dessins:
Geen, strepen of grafische prints.
Inrichting:
Basic interieur waarin geleefd mag worden met een persoonlijke mix van landelijk, klassiek, etnisch en design. Een eikenhouten tafel wordt gecombineerd met een romantische kandelaar, designklassiekers en industriële lampen. Grappige details als een wollen lamp, servies van papier-maché of een tekst op de muur maken het interieur persoonlijk.
Typisch basic: bank met losse hoes, zwevende planken, designklassiekers, grote meubels zonder ornamenten, ingemetselde nissen, bank en dressoir, wit gespoten houten keuken met een betonnen aanrechtblad, geschilderde muren, betonnen of (witgeschilderde) eikenhouten vloer, shutters of linnen gordijnen zonder dessin.
Woonstijl: Bohémien
Expressieve, gedurfde stijl met nieuwe ideeën, eigenzinnige kleuren, vintage vondsten en dierbare details van verre reizen.
Kenmerken:
Kleuren:
Specerijkleuren en kleuren geïnspireerd op India, zoals azuurblauw en donkere groentinten.
Vormen:
Eclectisch, alles mag.
Materialen:
Hout, stoffen uit India, Marokko en Afrika, borduursels, aardewerk.
Dessins:
Exotisch, veelal Oosterse en Marokkaanse dessins. .
Inrichting:
Onderscheidend en een smeltkroes van etnische meubels en accessoires uit de hele wereld. Zelfgemaakte meubels en accessoires, de natuur en bijzondere vondsten van de rommelmarkt en de kringloopwinkel staan centraal.
Typisch bohémien: Kleuren die niet perse op elkaar zijn afgestemd, eigen keuzes laten zien, zelfgemaakte gemetselde bank, geborduurde kussens, boomstronktafels, kelims of Perzische tapijten op de vloer, black pottery, tadelakt of kalkverf op de muur, houten schalen, speciale plek in huis met een verzameling exotische planten, aardewerk of stoffen die herinneren aan verre reizen.
Woonstijl: Design
Doordachte vormgeving met afwisselend strakke lijnen en softdesign. Veel aandacht voor luxe en technische hoogstandjes, liefst onzichtbaar weggewerkt.
Kenmerken:
Kleuren:
Naturel, zwart- en wittinten, felgekleurde accenten, zachte kleuren grijs, roze en blauw.
Vormen:
Softdesign met ronde vormen.
Materialen:
Beton, moderne materialen zoals hoogwaardig plastic en microvezels, afwisselend mat en glans.
Dessins:
Geen, grafisch of duidelijke (ronde) patronen.
Inrichting:
Strak, opgeruimd en veel aandacht voor designkranen en hightech apparatuur. Kasten zijn weggewerkt in kastenwanden met kliksysteem.
Typisch design: designklassiekers uit de jaren 50, inbouwspots, zelf samengestelde vakkenkasten, designkeukens met greeploze laden, een dun werkblad en een matte finish, loungebanken, gietvloer, zwart-wit foto’s zonder lijst, vrijstaand strak bad.
Woonstijl: Industrieel
Van alle woonstijlen is ‘industrieel’ toch wel de meest stoere. Een interieur met veel industriële en vintage elementen.
Kenmerken:
Kleuren:
Zwart-, wit- en grijstinten en legergroen met felgekleurde accenten.
Vormen:
Strak en pragmatisch design.
Materialen:
Metaal, beton, canvas, en hout.
Dessins:
Grafische dessins als letters, typografieën en stempels.
Inrichting:
De wens om in een oud fabriekspand, een school of een ander industrieel pand te wonen is zichtbaar in het interieur. De sfeer is die van een New Yorkse loft: een grote open ruimte. De indeling, de keuken en de badkamer zijn liefst zelf ontworpen. Constructiedetails worden niet weggewerkt.
Typisch industrieel: Gietvloer, metalen trap, stellingkasten van steigerbuizen, bakstenen muur, letterbakken en heel veel vintage zoals een oud bibliotheektrapje, houten tafel met metalen onderstel uit bijvoorbeeld een atelier, designklassiekers, oude lockerkasten en apothekerskasten, industrielampen, oude schoolstoelen, Franse ‘tolix’ tuinstoelen.
Woonstijl: Klassiek
Zonder al te veel krullen en marmer, maar mét gebruik van rijke materialen, donkere kleuren en oude meesters. Een kwestie van durven!
Kenmerken:
Kleuren:
Donkere kleuren als grijs-, zwart- en bruintinten.
Vormen:
Klassiek, van robuust tot rank.
Materialen:
Hout en luxe stoffen als fluweel, linnen en doorleefd leer.
Dessins:
Geen of ton sur ton.
Inrichting:
De inrichting is een combinatie van klassieke en moderne elementen. Een antieke tafel met moderne stoelen, een servies met een klassieke vorm maar zonder klassiek bloemdessin, en lambrisering, ornamenten en kroonluchters met een knipoog. De open haard vormt het middelpunt van het huis.
Typisch klassiek: Erfstukken, een groep schilderijen bij elkaar, linnen gordijnen, donkerhouten doorleefde vloer, antieke verweerde kroonluchter, brocante kast, kalkverf, ornamentenbehang of behang met fluweelopdruk, Zweeds antiek, gecapitonneerde banken en/of stoelen.
Woonstijl: Natuur
Eenvoudig en robuust, met liefde voor pure vormen, materialen en kleuren.
Kenmerken:
Kleuren:
Zand, leem, grijs- en groentinten uit de natuur met blauwe, rode en oker accenten.
Vormen:
Robuust, het natuurlijke karakter mag zichtbaar zijn.
Materialen:
Doorleefd hout, oude (ongeverfde) bouwmaterialen, linnen, canvas, breisels.
Dessins:
Geïnspireerd op de natuur (bladmotieven, vogels, vlinders) en folklore.
Inrichting:
De wens om in een boerderij te wonen, is goed te zien. Het woongedeelte bestaat uit één grote, open ruimte met de keuken als middelpunt. Slapen in een bedstee is ideaal. Alles heeft een handgemaakte touch.
Typisch natuur: Boerenantiek als melkkrukjes, ladders uit de hooischuur en grove tafels, houten vloer uit een oude boerderij, kalkverf, leemstuc, veldbloemen, mooie takken, eigen moestuin.
Woonstijl: Romantiek
Vrouwelijk met een stoere basis. Het romantische van deze woonstijlen zit ‘m in details en kleuren.
Kenmerken:
Kleuren:
Pastels.
Vormen:
Rechte en klassieke lijnen, krullen.
Materialen:
Zacht.
Dessins:
Bloemen of fijne patronen.
Inrichting:
Vrouwelijke elementen als sfeerhoekjes, brocante, pasteltinten en gebloemd serviesgoed worden gecombineerd met kalkverf, eigentijds servies en grappige details.
Typisch romantiek: Brocante accessoires, sidetable, shutters, schemerlamp met stoffen kap, kroonluchter van glas, vitrinekast, linnen beddengoed met een kanten rand of ruche, wollen plaids, gestoffeerde meubels, witgeschilderde vloer.